Als je van lekker eten houdt en ook nog eens een liefhebber bent van de mediterrane keuken dan ben je in Sevilla helemaal op je plek. Sevilla is een waar walhalla voor foodies en ook wie van lekkere drankjes houdt die zal zich in Sevilla niet zo snel vervelen. In een groot land als Spanje is er duidelijk geen sprake van één keuken, maar heeft iedere regio eigen specialiteiten. In de regio Andalusië merk je dat er wat invloeden van de Arabische en Italiaanse keuken zijn. Wat in ieder geval een overeenkomst is tussen bijna alles wat je eet in Sevilla: het is met liefde en aandacht bereid. Lekker eten zit de Sevillianen in het bloed! Als toerist kun je daar natuurlijk ook heerlijk van meegenieten.
SEVILLA TIP 4: ETEN & DRINKEN
Tapas
Hoewel vrij veel toeristen denken dat tapas vanuit historisch oogpunt betekent dat je je tafel vol laat zetten met kleine hapjes, is dat niet de essentie van de tapa (enkelvoud van tapas). Het is geen Spaanse variant van de Indische rijsttafel, zeg maar. De oorsprong van de tapa zou terug te voeren zijn naar het einde van de middeleeuwen. De toenmalige keizer Karel V zou zich zo gestoord hebben aan zijn dronken ruiters dat hij beval dat herbergen bij drank ook voedsel geserveerd moest worden. Door een schaaltje op het drankje te zetten (la tapa betekent ‘de afdekking’) voorkom je dat er vliegen in het drankje kunnen komen. Op het schaaltje legde men iets te eten. Dit is één van de vele varianten op de geschiedenis van de tapa. Feit is dat tapas tegenwoordig in allerlei vormen niet meer weg te denken zijn uit het dagelijks leven in Sevilla. Of je nu een enkele tapa bestelt (of nog steeds krijgt bij een drankje) of een uitgebreid tapa-menu verorbert met je gezelschap, het kan allemaal in Sevilla. Bij de oude Cervezeria Santa Cruz houden ze de prijzen van de genuttigde tapas per gezelschap nog bij met een krijtje op de bar.
Tapas zijn hier meer ingeburgerd dan waar dan ook in Spanje, wat vooral te maken heeft met het late tijdstip waarop men ’s avonds eet. Omdat deze regio de heetste van Spanje is heeft men aangeleerd om vrij laat in de avond te eten. Sta er niet van te kijken als men hier in de zomermaanden ruim na tien uur ’s avonds pas aan tafel gaat om vervolgens rond of zelfs pas na middernacht klaar te zijn met het avondmaal. Laat eten in de avond betekent dat je eerder op de dag wel je honger wat moet stillen. Dat doe je in de vorm van een tapa.
Lokale specialiteiten
Sevilla kent veel tapas die je elders in Spanje ook eet, maar heeft toch ook wel wat eigen specialiteiten. Niet dat je ze elders helemaal niet kunt eten, maar je ziet dit soort tapas wel wat meer hier in Sevilla en omstreken. Een voorbeeld is Cola de Toro. Dit is een stuk langzaam gegaarde ossenstaart dat verschrikkelijk mals is op het moment dat het geserveerd wordt. Het schaaltje wordt meestal aangevuld met wat saus en verse frietjes. Het is sowieso opvallend dat er hier meer vlees op de kaart staat dan gemiddeld in Spanje waar het meer vis en schaaldieren zijn die domineren. Een gerecht wat je veel op de kaart ziet staan is varkenshaas in whiskysaus. De bereiding zorgt ervoor dat het varkensvlees extra mals en smaakvol wordt. Wij zijn er helemaal fan van in ieder geval. Als je vis op de kaart ziet staan dan komt kabeljauw relatief veel voor (vaak als een soort van stoofpotje) en zijn verschillende soorten inktvis populair. Een schotel met allerlei gefrituurde visjes en zeevruchten is ook erg populair.
Een tapa en gerecht dat eigenlijk uit Córdoba stamt maar ook hier veel op de kaart staat is flamenquin. Dit is een gefrituurde en gepaneerde rol van varkensvlees gevuld met seranoham en vaak ook een extra ingrediënt zoals kaas, champignons of iets anders. De letterlijke vertaling van het gerecht is overigens ‘kleine flamencodanser’.
Een trend die je elders in Spanje ook wel ziet maar die vooral in Sevilla en omringende plaatsen waar te nemen is, is het bedenken van tapas die een hoger culinair gehalte hebben. Soms worden er ingrediënten uit andere keukens aan toegevoegd, maar vaak is het een vorm van andere ingrediënten met elkaar laten samenwerken en meer aandacht schenken aan de presentatie.
Eetgewoontes
Als ontbijt wordt er meestal vrij eenvoudig gegeten en gedronken. Koffie, al dan niet met melk, vormt vaak de basis van de dag. Deze wordt in Sevilla vooral begeleidt door een tostada. Dit is een broodje dat even getoast wordt. Je kunt er zoetigheid op nemen zoals jam met boter, maar ook hartig beleg zoals tomaat met olijfolie, kaas of seranoham met olijfolie. Zoete broodjes of koeken zie je ook best veel als ontbijt genuttigd worden. Als toerist zou ik altijd de voorkeur geven aan ontbijten in de stad (kost je 4 tot 8 euro) in plaats van te kiezen voor het veel duurdere ontbijtbuffet van het hotel.
De lunch begint in Sevilla wat later dan we gewend zijn, maar als toerist kun je gerust om 12 uur al aan tafel gaan. Locals lunchen meestal pas rond 13:30/14:00 uur en nemen daar de tijd voor. De lunch is niet zelden de belangrijkste maaltijd van de dag. Wie echter alleen een broodje wil eten die kan dat prima doen. Aan het einde van de middag, na de siësta, zijn er twee opties: koffie met een zoetigheid of een drankje met een tapa. Sommigen doen eerst de zoetigheid met koffie en een uur of twee later de tapa.
Het avondeten betekent niet zelden dat er vrij licht gegeten wordt. Dat komt vooral door het late tijdstip waarop men aanvangt met het diner (ergens tussen 20 en 22 uur), maar ook met de warmte in de zomer en het feit dat men overdag al de nodige calorieën tot zich genomen heeft. Als toerist kun je je echter heerlijk met 2, 3 of zelfs 4 gangen laten verwennen als je dat wilt.
Tourist traps
Normaal zouden we adviseren om vooral niet rondom populaire toeristische attracties te gaan eten. In het geval van Sevilla gaat dat echter niet op. Rondom de toeristische hotspots zoals de Kathedraal van Sevilla kun je prima eten. Wel is het zo dat ze door de hele dag door tapas als maaltijd en als snacks te verkopen zich wel duidelijk op de toeristen lijken te richten. Het eten is er echter niet minder smakelijk om en de prijzen zijn in Sevilla over het algemeen zeer redelijk. Waarschuwen voor serieuze tourist traps op het gebied van eten hoeven we dus niet te doen.
Wat je wel zult merken is dat je vrijwel overal standaard een mandje met brood geserveerd krijgt. Deze verschijnt op de rekening, zelfs het laten weghalen of weigeren van het brood voorkomt vaak niet dat het op de rekening terecht komt. Zie het als een soort van bedieningsgeld.
Drinken
Het gebruikelijke assortiment aan alcoholische en niet-alcoholische dranken is vrijwel overal in Sevilla verkrijgbaar. Typisch Spaanse dranken zoals Licor 43, sangria (in verschillende soorten) en cava zijn natuurlijk ook op veel plekken te verkrijgen. In Sevilla worden drie dranken relatief veel gedronken: lokale wijnen, verschillende soorten sherry en bier. Wil je iets dorstlessends met alcohol maar lust je geen bier, probeer dan eens een tinto de verano. Dit is rode wijn waar een soort van 7-up aan toegevoegd wordt en normaliter met ijsblokjes geserveerd wordt.
Bierliefhebbers zullen vooral het biermerk Cruzcampo aantreffen in de bars en restaurants van Sevilla. Dit pils wordt in Sevilla gebrouwen, vandaar. Wil je een biertje van de tap? Bestel dan een ‘caña’. Dit is een kleintje (27 cl) bier dat meestal uit een ijskoude tap komt.
